Huzarensalade

By 30 december 2011 januari 22nd, 2012 Eten, Recepten

Huzarensalade

Als kind werd ik op Oudejaarsavond, stipt om half twaalf, gewekt voor vuurwerk, oliebollen en als culinair hoogtepunt een huzarensalade in de vorm van een klok die op vijf voor twaalf stond. Die salade was klef -mijn moeder, de schat, kon niet koken en had ‘m kant-en-klaar gekocht. Alleen de klok was eigen fröbelwerk.

Ingrediënten

Voor 4 tot 6 personen:
500 g vastkokende biologische aardappels, geschild
150 g diepvrieserwtjes
4 eetl. zonnebloem- of neutrale olijfolie
2 eetl. witte wijnazijn
zout, versgemalen peper
200 g biologische ham, cervelaat of kerstkalkoen/-rollade/kip-restjes
1 ui
75 g augurkjes
1 (rode) grote elstar-appel
mayonaise
hardgekookte eieren

Hoort huzarensalade eigenlijk wel klef? Ja en nee. De naam komt van de huzaren, 19de eeuwse, met sabels en snorren bewapende Hongaarse elite-ruiters. Ze hadden naar verluidt een onverzadigbare eet-, seks- en dranklust, dus om te voorkomen dat ze hun paarden en vrouwen hetzij stoofden in wodka, hetzij ermee overgoten en aflikten, terwijl ze geacht werden door te gaan met het in mootjes hakken van Turken, moest je ze stevige, goedsmakende maar niet te verfijnde kost voorzetten: zoals aardappelsalade. Maar langzamerhand is huzarensalade verworden tot het ultieme restjesgerecht. Overgebleven aardappelpuree, weeïge blikerwtjes en (soep)vleesrestjes, ‘opgefrist’ met augurk, appel en azijn.

Best handig dus, maar een echte huzarensalade is een voortreffelijk en stoer gerecht, zonder enige zompigheid, en iets wat u zaterdagavond best op tafel kunt zetten. Het legt een fantastische basis voor alcoholische bubbels en is op 1 januari een prima anti-katergerecht.

Veel werk is het niet, op wat blokjessnijkunst na, augurk kunt u eventueel vervangen door kappertjes. En mocht u nog willen knutselen met de kinderen: vorm de salade tot een cirkel, bestrijk dik met mayonaise en maak bovenop een klok met augurkwijzers en eiplakjes-met-tomatenketchup-uit-tube-cijfers. Zó helemaal 20!

Snijd de aardappels in kleine blokjes (en brunoise is de vakterm) en kook ze in 4-5 minuten net gaar (en niet te zacht) in gezouten water. Spoel direct koud in een vergiet onder de kraan. Kook de erwtjes net gaar, spoel koud. Klop een vinaigrette van olie, azijn, ui, zout en peper. Snijd de vleeswaren in kleine blokjes of stukjes. Hak de ui en augurk. Snijd de appel met schil ‘en brunoise’. Meng alle ingrediënten luchtig door elkaar en maak op smaak af met zout en ruim peper. Controleer voor het opdienen de smaak opnieuw en garneer met mayonaise en plakjes hardgekookt ei.

(bron: volkskeuken)

 

Leave a Reply