Een hele kerstkalkoen is dit jaar hip. Appie H. zegt het, dus dan is het zo. Konden we vorige jaren nog wegkomen met vacuüm-eend-met-rode-kledder, dit jaar is kalkoen de nieuwe eend. Dat lijkt geweldig: normaal is hij niet te koop en nu vliegt-ie bijna zelf je oven in. Zo simpel! Bizar dat we die kalkoen niet járen eerder hebben ontdekt.
Ingrediënten
2 handen verse salieblaadjes ( of 2 el gedroogd)
2 handen rozemarijn ( of 2 el gedroogd)
4 – 6 grote tenen knoflook
1 el paprikapoeder
1 el peperkorrels
1/2 el zout
1 kalkoenpoot van 2 kilo
300 cc kippenbouillon
sap van 1 citroen
Ik heb alleen geen zin in een hele vogel. Het is te veel voor één avond. Een beetje kalkoen weegt 4 kilo. Die van de Appie maar 2,5 kilo. Dat is vast geen oude vogel.
Maar toch is het genoeg voor een hoop gasten. Daar heeft de gemiddelde mens geen zin in, want dan moet je je héle familie uitnodigen. Dus ook graaiende oom Jan en kattige tante Thea. Het is dat, of het is de dagen na de Kerst verplicht, en dus tegen heug en meug, turkey-sandwiches eten.
Daarom wil ik geen hele vogel. Mijn familie is er te klein voor. Dat heeft niets met familiaire strubbelingen te maken en ik héb ook helemaal geen oom Jan of tante Thea. Heus niet. Echt niet.
Ik doe kalkoenpoot. Voor een lief select gezelschap. Dat is ook nog eens veel goedkoper, en het blijft supersappig. Met dank aan Betty LaRoe uit New York, want het is haar Thanksgiving-turkey-recept. Zij deed het met een hele vogel. Maar ja, Amerikanen hè, dan is alles groter.
Verwarm de oven voor op 180 graden. Hak de kruiden en specerijen heel fijn in bijvoorbeeld het hakmolentje dat bij de staafmixer hoort.
Smeer de onderkant van de bout in met de helft van dit mengsel. Pak de braadslee-met-rooster, giet de bouillon erin, leg de bout erop met de kruiden naar boven. Zet het afgedekt een uur in de oven. Haal de bout uit de oven en keer hem om. De kant met het vel is nu boven.
Die besprenkel je met citroensap en smeer je in met de rest van de kruiden. Terug de oven in en om het kwartier begieten met vocht uit de braadslee. Na 45 minuten tot een uur is het gaar. Als je erin prikt en het vocht dat eruit loopt, is helder, dan zit je goed.
Laat hem een kwartiertje rusten. In die tijd kun je de aanbaksels in de braadslee losroeren met wat water of witte wijn en dat weer inkoken tot een saus. Is het heel zout? Doe er dan wat room of melk in.